Iedere exploitant van een diervoederbedrijf die activiteiten binnen de diervoedersector wenst uit te voeren, dient zich te registreren of erkennen bij de bevoegde autoriteit afhankelijk van diens activiteiten. Specifiek voor België geldt daarnaast nog een extra niveau tussen de registratie en erkenning van een bedrijf, namelijk de toelating; zoals gedefinieerd in het koninklijk besluit van 16/1/2006.

Wanneer is een erkenning, toelating of registratie nodig?

Om te weten of men een registratie, erkenning, of in België ook een toelating nodig heeft kan men in eerste instantie de volgende wetgevingen raadplegen:

  • Europese Verordening EG 183/2005: om te weten of een erkenning nodig is of enkel een registratie voldoende is, kan artikel 10 worden geraadpleegd waarin activiteiten zijn vermeld die een erkenning vereisen in het kader van de vervaardiging en/of handel van mengvoeders, toevoegingsmiddelen en voormengsels. Bovendien vindt men in bijlage II van deze verordening onder ‘bedrijfsruimten en uitrusting’ dat exploitanten die ruwe plantaardige olie verwerken, biodiesel produceren, vetmenging doen of  oleochemische productie van vetzuren uitvoeren ook een erkenning nodig hebben. 
  • Europese Verordening EG 1069/2009: voor bedrijven die dierlijke bijproducten vervoeren, hanteren, gebruiken of verwerken, wordt in artikel 23 en 24 vermeld wanneer een erkenning of registratie nodig is.
  • KB 16/1/2006: in bijlage II is opgenomen welke inrichtingen over een erkenning moeten beschikken en in bijlage III staat welke inrichtingen een toelating nodig hebben en dit voor iedere sector in zowel de levensmiddelen- als diervoedersector.

 

Bovendien beschikt het FAVV op hun website over een activiteitenlijst die regelmatig wordt bijgewerkt en waar je per activiteit kan zoeken waaraan voldaan moet worden; registratie, erkenning of toelating. Daarnaast kan men ook de activiteitenfiches nakijken op de website van het FAVV waar een aantal gegevens van de activiteit gedetailleerd kan worden teruggevonden:

  • De beschrijving van de activiteit en eventuele extra informatie
  • Eventueel een verplichte activiteit: dit is een andere activiteit die men ook moet uitvoeren om de activiteiten van de activiteitenfiche te mogen uitvoeren
  • Impliciete activiteiten: dit zijn activiteiten die voortvloeien uit de activiteit van de activiteitenfiche en niet apart dienen te worden aangevraagd
  • Gevolgactiviteiten: activiteit die niet alleen kan worden beoefend en voortvloeit uit de activiteit van de fiche en afzonderlijk dient te worden aangevraagd
  • Aansluitende activiteiten: activiteit die vaak samengaat met de activiteit van de fiche en afzonderlijk moet worden aangevraagd
  • Reglementaire basis
  • Documenten die men moet bezorgen bij de aanvraag van de activiteit

 

Hoe vraag je een erkenning, registratie of toelating aan?

  • Exploitanten die reeds gekend zijn bij het FAVV en dus beschikken over een login voor het Foodweb portaal kunnen zich hierop aanmelden en vervolgens activiteiten toevoegen of stopzetten. 
  • Exploitanten die nog niet gekend zijn, kunnen via mail of per post een ingevuld aanvraagformulier opsturen naar de lokale controle-eenheid van het FAVV.

 

Overzicht recente wijzigingen betreffende registraties, toelatingen en erkenningen in de diervoedersector

Gemedicineerde diervoeders en/of tussenproducten

Volgend op de Europese verordening 2019/4 met betrekking tot de vervaardiging, het in de handel brengen en het gebruik van gemedicineerde diervoeders werd het KB van 21/12/2006 in verband met gemedicineerde diervoeders begin dit jaar ingetrokken en zijn er een aantal nieuwe activiteitenfiches opgesteld die een erkenning vereisen door het FAVV met publicatiedatum 09/06/2023. Fabrikanten van gemedicineerde diervoeders hadden al een erkenning bij het FAVV, maar nu zijn er ook aparte erkenningen voor groothandelaren, detailhandelaren, vervoerders en opslagbedrijven van gemedicineerde diervoeders en/of tussenproducten. Dus een bedrijf dat gemedicineerde diervoeders en/of tussenproducten produceert, opslaat, verhandelt of transporteert; dient de activiteitenfiches na te kijken om te weten of het hiervoor een erkenning nodig heeft.

 

Fabrikanten van diervoeders voor varkens en pluimvee die gebruik maken van verwerkte dierlijke eiwitten

Op 07/09/2021 werd een aanpassing doorgevoerd rond de feedban regels zoals vermeld in bijlage IV van Verordening EG 999/2001, waardoor het mogelijk is om verwerkte dierlijke eiwitten van varkens te gebruiken in voeders voor pluimvee en verwerkte dierlijke eiwitten van pluimvee in voeders voor varkens. Op 02/10/23 werden hiervoor activiteitenfiches gepubliceerd door het FAVV. Afhankelijk van de situatie is een toelating of erkenning nodig:

  • Fabrikanten van diervoeders voor varkens met gebruikmaking van verwerkte dierlijke eiwitten van pluimvee: toelating (ACT 467) indien er in dezelfde inrichting geen andere diervoeders dan voor varkens en aquacultuurdieren worden geproduceerd, anders dient een erkenning (ACT466) te worden aangevraagd. Bij deze erkenning is het belangrijk om op te merken dat indien er andere diervoeders dan varkens en aquacultuurdieren worden geproduceerd in dezelfde inrichting (waarin dus VDE van pluimvee niet zijn toegestaan), dit dient te gebeuren op een gescheiden productielijn. 
  • Fabrikanten van diervoeders voor pluimvee met gebruikmaking van verwerkte dierlijke eiwitten van varkens: toelating (ACT 465) indien er in dezelfde inrichting geen andere diervoeders dan voor pluimvee en aquacultuurdieren worden geproduceerd, anders dient een erkenning (ACT 464) te worden aangevraagd. Bij deze erkenning is het belangrijk om op te merken dat indien er andere diervoeders dan pluimvee en aquacultuurdieren worden geproduceerd in dezelfde inrichting (waarin dus VDE van varkens niet zijn toegestaan), dit dient te gebeuren op een gescheiden productielijn.

In bovenstaande fiches staan nog diverse andere voorbeelden vermeld van overige activiteiten die eventueel nodig zijn afhankelijk van de situatie. Gebruik je dus als bedrijf verwerkte dierlijke eiwitten, dan is het belangrijk om de activiteitenfiches goed na te lezen en de voorwaarden op te volgen. 

 

Wijzigingen in bestaande fiches

Een aantal activiteitenfiches waarvoor een erkenning/registratie nodig is volgens Verordening EG 183/2005 zijn geüpdatet op 01/09/2023. Het gaat vooral over:

  • kleinere wijzigingen
  • verduidelijkingen omtrent welke checklists van het FAVV van toepassing zijn
  • een aanpassing van de gevolg activiteiten in bepaalde fiches n.a.v. de wijzigingen zoals weergegeven in 1.1 en 1.2 van deze blog 
  • een update van de informatie die dient te worden bezorgd bij aanvraag van de activiteit. 

Er zijn niet onmiddellijk grote gevolgen te verwachten voor operatoren. Wel dient men steeds de activiteitenfiche goed te controleren als men nieuwe activiteiten wenst uit te voeren of wijzigingen in de bestaande activiteiten wil doorvoeren. Deze activiteiten zijn: 

  • ACT 268 erkenning groothandel voormengsels 
  • ACT 267 toelating groothandel additieven 
  • ACT 266 erkenning groothandel additieven 
  • ACT 260 toelating fabrikant voormengsels 
  • ACT 259 erkenning fabrikant voormengsels 
  • ACT 257 toelating fabrikant mengvoeders 
  • ACT 256 registratie fabrikant mengvoeders 
  • ACT 255 erkenning fabrikant mengvoeders 
  • ACT 250 toelating fabrikant additieven 
  • ACT 134 erkenning fabrikant additieven 

Naast bovenstaande fiches zijn ook de activiteiten 426 (erkenning) en 427 (toelating) voor fabrikanten van diervoeders voor niet-herkauwers met gebruikmaking van verwerkte dierlijke eiwitten van insecten aan een tweede versie toe. Deze werden aangepast n.a.v. de nieuwe activiteitenfiches vermeld onder 1.2 van deze blog op 25/09/2023 in kader van de feed ban (EG 999/2001).

In activiteitenfiche 258, erkenning voor fabrikant petfood, tevens aangepast op 25/09/2023, is de definitie van gezelschapsdieren verduidelijkt. Zo is verduidelijkt dat sierkippen en reisduiven niet als gezelschapsdieren kunnen worden beschouwd, dat voeders voor sportvisserij zoals lokaas dient aanzien te worden als diervoeders voor landbouwhuisdieren en is er verduidelijkt dat de ringhalsfazant, de Japanse kwartel en de tarwekwartel of kwartel dient beschouwd te worden als voedselproducerende dieren. Er zijn nog enkele extra voorbeelden van dierlijke bijproducten en afgeleiden van dierlijke bijproducten toegevoegd. 

 

Verder is ook toegevoegd dat de activiteit ook van toepassing is voor operatoren die onverwerkte dierlijke bijproducten door hen geëtiketteerd als bestemd voor gezelschapsdieren, aan de eindgebruiker willen verkopen. Hierbij maakt het niet uit of hij zelf al dan niet een bewerking toegepast heeft zoals bijvoorbeeld portioneren en al dan niet verpakt. In ieder geval zal wel een etiket als voeder voor gezelschapsdieren moeten worden aangebracht. 

Voorbeelden zijn slachthuizen die stukken vlees of organen bestemd voor gezelschapsdieren verkopen aan particulieren of dierenspeciaalzaken die dierlijke bijproducten bij een slachthuis of uitsnijderij aankopen, eventueel reeds vacuüm verpakt, en deze als voeder voor gezelschapsdieren willen verkopen onder de noemer petfood. Voor een slager die resten van voormalige levensmiddelen als rauwe petfood direct verkoopt aan de eindgebruiker ter plaatse in de slagerij, is deze activiteit daarentegen niet van toepassing indien er maximaal een versnijding van deze voormalige levensmiddelen werd uitgevoerd. Wanneer er daarentegen intentioneel voeder voor gezelschapsdieren (bijv. worsten) wordt geproduceerd, dient de slager wel over deze activiteit te beschikken. Operatoren die petfood afkomstig van een fabrikant van petfood aankopen in bulk en deze zelf voorzien van nieuwe verpakking en etiket, dienen eveneens te beschikken over deze activiteit. Wat rauwe petfood betreft, dient een herverpakker ook als fabrikant diervoeder te worden beschouwd.

 

Tenslotte is ook de activiteitenfiche 100 voor melkinrichtingen, fabrikanten van levensmiddelen met rauwe melk en inrichtingen waar melk wordt verwerkt op het bedrijf die hun bijproducten van melk, melkproducten en melkderivaten als voedermiddel rechtstreeks aan veehouders leveren voor de vervoedering aan veedieren zonder een bijkomende voorafgaande verwerking cfr Verordening 1069/2009 op 11/10/2023 aangepast.

 

Hoe kan AMNorman jou ondersteunen?

Heb je na het lezen van deze blog nog vragen over de recente wijzigingen in erkenningen, toelatingen en registraties in de diervoedersector? Let’s meet. Onze Normanisten staan voor je klaar.

  • am norman FEED

Hoe kunnen
we jou helpen?

AM Norman